Interview Marjolein Petersen
Marjolein Petersen is een opmerkelijke bewoonster van ons eiland. Op haar website staat dat ze op latere leeftijd is gaan schilderen. Wij waren nieuwsgierig langs welke paden zij uiteindelijk tot het kunstenaarschap is gekomen. En ook natuurlijk waarom zij op ons eiland is gaan wonen.
Wij ontmoeten Marjolein in haar appartement in de Venetiëhof. Ze leidt ons via de woonkamer en keuken naar de grote ruimte aan de noordkant. Hier heeft ze haar atelier en schildert ze haar grote, kleurrijke abstracte doeken. De woonruimte is hierdoor nogal klein uitgevallen. ’Ik heb er genoeg aan,’ zegt ze, ‘ik ben alleen en het atelier is het belangrijkst.’
Ze woont op het eland sinds 1996, vertelt ze. Ze heeft het appartement gekocht van iemand die het op papier had gekocht en er nooit heeft gewoond. Het was een standaard appartement en ze heeft het zelf tot atelierwoning verbouwd.
Waarom heb je voor deze buurt gekozen? ‘Dat hangt samen met de fase in mijn leven destijds. Ik had op dat moment de keuze tussen dit en iets in de Jordaan. Ik had in Portugal gewoond, maar voor die tijd in de Jordaan, dus iedereen dacht dat ik weer in de Jordaan zou gaan wonen. Maar toen zag ik dit. Iedereen verklaarde mij voor gek. Ze zeiden, dit is een uithoek, het einde van de wereld en dat was toen ook nog zo. Maar we hadden hier twee bussen voor de deur, waaronder een nachtbus en ik dacht, ik kan ieder moment van de dag naar het CS. Ik heb toen hiervoor gekozen. Ik kwam terug uit Lissabon omdat mijn Portugese man was overleden aan een hartstilstand. Ik dacht, hier heb ik tenminste de ruimte, er is genoeg water voor mijn tranen en in de Jordaan voelde ik me opgesloten. Dat was de andere reden om hier te willen wonen. Ik ga hier nooit meer weg. Ik ben heel blij dat ik deze keuze heb gemaakt.
Marjolein weet niet meer hoe ze met het stadsdorp in aanraking is gekomen. ‘Ik ben erin gestapt met de woensdagochtend wandeling. Daar had ik op de een of andere manier van gehoord. Dat was mijn eerste activiteit en nu doe ik de woensdagochtend wandeling en de museumclub en als mijn conditie beter was zou ik ook meedoen met de lange wandeling. Ik vind het een heel goed initiatief. Ik vind het heel fijn dat het zo vrijblijvend is en dat het ook heel consistent is.’
Mist ze de stad niet? ‘Toen ik hier kwam wonen was ik een veertiger, en had ik andere interesses dan nu. Ik vind het nu prima, al die rust hier, ik hoef niet meer iedere week naar de stad. Ik heb niet meer de behoefte om alles mee te maken. Ik voel me hier helemaal thuis. Daar heeft het stadsdorp zeker toe bijgedragen. Ook het feit dat ik een hond had, want dan sta je de hele dag op straat te lummelen en is er altijd wel iemand met wie je aan de praat raakt. er is altijd wat te doen. Twee weken terug was ik weer bij Jazz in de Walvis, er zijn gewoon hele leuke dingen hier in de buurt. Oost is heel levendig, op een aangename manier.
Ongeluk
Je bent op latere leeftijd gaan schilderen, Je hebt antropologie gestudeerd, je bent kostuumontwerper geweest, journalist en ook beleidsmedewerker bij de gemeente. Je bent echt zoekende geweest. ‘Ja, wat je noemt 12 ambachten en 13 ongelukken’, zegt ze lachend. ‘Maar dat ik uiteindelijk ging schilderen, heeft echt met ongeluk te maken. Toen mijn man van het ene op het andere moment weg viel, was ik 41. Mijn wereld stortte letterlijk in en ik heb me laten opnemen in een herstellingsoord. Daar kwam ik in aanraking me creatieve therapie en ontdekte ik dat dát het eigenlijk was.‘
Ben je autodidact of heb je een opleiding gevolgd? ‘Ik heb een aantal cursussen gevolgd bij mensen die ik heel goed vond, vertelt ze, ‘mensen die vanuit intuïtie werken.’ Ze wordt vooral geïnspireerd door de schilders van Cobra, zegt ze, het is hun vrijheidsdrang die haar aanspreekt. ‘Je moet wel een beetje sturen om een schilderij te krijgen, vult ze aan, ‘maar zo weinig mogelijk.’
Ze zoekt de grens op, zegt ze, ‘Tot het moment dat ik denk: nu gaat het fout, Het gaat erom om in die vrijheid te blijven en dat is de grote uitdaging. Want vaak kom ik op een punt dat ik denk, nou dit is heel goed, heel vrij, maar het is nog geen schilderij. Maar als ik dan ga sturen, dan ga ik dat verder invullen en dan denk ik nee, nu is de vrijheid er weer uit. Soms laat ik het liggen en soms ga ik er overheen, dat ligt eraan.
Wij wijzen naar de grote doeken die in het atelier hangen, ze zijn niet opgespannen. ‘Ik vind het niet fijn als ze opgespannen zijn want dan heb je weerstand waar een lat zit en daarnaast zak je er weer dieper in, geeft het mee. Je voelt het spieraam door het doek heen. Dus ik wil het doek rechtstreeks op hout. Er zijn hele grote houten platen op de muur geschroefd. Dan heb ik een egaal vlak.’
Rembrandt prijs
Heb je een eigen galerie? ‘Nee, had ik dat maar,’ zucht ze, ‘dat is zo ontzettend moeilijk. Het is niet te doen. Galeriehouders hebben toch een beetje een tunnelvisie, die willen dat je bij een bepaalde school hoort of dat je een bepaalde achtergrond hebt. En heel vaak – als ik werken in galeries zie, – denk ik: die van mij zijn beter.’
Ze heeft wel een keer Loods 6 afgehuurd. ‘Dat was echt fantastisch, dat was zo mooi. Het was een kick om het daar allemaal te zien hangen.’
Maar ze werkt gestaag door. ‘Ja, ik voel de behoefte om te schilderen en ik ben nu weer voor het derde jaar bezig met een wedstrijd in Luxemburg. Dat gaat natuurlijk allemaal online, maar als je wint mag je daar exposeren. Ik heb nog nooit gewonnen, maar ik krijg wel een certificaat dat ze vinden dat ik een goede kunstenaar ben. Dat vind ik dan wel weer fijn.
In de loop der jaren heeft ze wel werken verkocht aan vrienden en kennissen. ‘En het ging ook heel goed toen ik in een meubelwinkel op de Willemsparkweg hing. Een van mijn wapenfeiten is dat een Amerikaanse van Park Avenue New York er twee heeft gekocht. Helaas bestaat de winkel niet meer.’
Je hebt toch de Rembrandt prijs gewonnen? ‘Ja, ik heb in het Rijksmuseum gehangen, ook een wapenfeit,’ vertelt ze trots. ‘Het was een wedstrijd in 2019, onder de titel ‘Lang leve Rembrandt’. Je kon online een werk insturen en ik werd gekozen. Ik moest het wel een keer laten zien daar. Het is een heel groot schilderij, 2 x 1.60, en dat is wel opgespannen, want het moest naar het Rijksmuseum. Het was een kick dat mijn werk aan een muur in het RM hing. Tijdens de opening liepen daar juryleden rond, waaronder Pieter Roelofs, hoofd beeldende kunst. Ik liep naar hem toe en vroeg waarom mijn schilderij? Hij zei, omdat wij zien dat jij dezelfde lef en vrijheid hebt als Rembrandt. Ik zat zo te kicken, dat het hoofd beeldende kunst zoiets tegen mij zegt. Dat is toch helemaal te gek.’
Kleding
Behalve schilderijen maak je ook kleding. ‘Ja, daar heb ik ook geen opleiding voor, ik rommel gewoon wat aan. Dat kostuumontwerpen deed ik vroeger voornamelijk voor Hauser Orkater. Ik naai nu voor mezelf. Als ik niet schilder, doe ik dit. Ik moet altijd wat te doen hebben. De stoffen betrek ik van een website, leftovers van design stoffen, ze noemen het dead stock. Vroeger werd het vernietigd, maar vanwege het recyclen wordt het nu ook verkocht.’
Een atelierwoning als deze, hoe ervaar je dat? ‘Heerlijk, ik vind het top. Ik denk wel eens, als ik meer geld had dan zou ik graag een atelier willen aan de overkant bij het Vliegenbos. Maar dit gaat geweldig. Het is heel ruimtelijk hier en met mooi licht.’
‘Ik ga hier niet meer weg, ik zei het al.’
Oktober 2023